729,731 en 733

Deze drie woonhuizen, elk gemiddeld 5,18 m. breed, zijn in 1708 gebouwd voor mr. Marten Weveringh, advocaat.

729 is voor eigen gebruik.

Zonder een hals en een hoge stoep. Deze zijn vermoedelijk in het begin van de 19de eeuw verdwenen.

Elke gevel heeft een in die tijd algemeen gebruikelijke hals met vleugelstukken en een getoogd fronton met daarin een schelp en een stoep met onderingang.

731 wordt aan het eind van de 18de eeuw bewoond door Abraham Bredius.

Tegenwoordige toestand van deze drie woonhuizen:

zonder hals en hoge stoep. Deze zijn, vermoedelijk in het begin van de 19de eeuw verdwenen.

Elk huis heeft een rechte kroonlijst met een geblokte vullinglijst, waarboven de oude kap uitsteekt.

Verder hebben ze emlire voordeuren.